icon-mouse icon-mountain icon-facebook icon-instagram icon-pinterest icon-twitter icon-youtube icon-close icon-zoek icon-triangle-left icon-triangle-right icon-ebike icon-hond icon-gezin icon-zwaarte icon-gps icon-trein icon-comfort
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Reisverhaal

De Sallandse Toppentocht: twintig bergen in drie dagen

  • 05 februari 2022
  • Door: Roel van den Eijnde
  • Fotografie: Jan Mark Moquette

Noem Salland en Twente nooit in één adem, dan doe je de streek tekort. Salland is Salland met een eigen dialect, een eigen vlag en een eigen volkslied. De Sallandse Toppentocht neemt je mee door de prachtigste natuur, over de hoogste ‘bergen’ én naar het platteland van Salland. Want de boer is nooit ver weg.

Dag 1

Van Holten naar Nijverdal

Toppen: De Wullenberg, 57,5 m, De Holterberg, 59,5 m, Grote Koningsbelt, 75,5 m, Sprengenberg, 35 m, Kleine Koningsbelt, 72,5 m, Haarlerberg, 63,2 m, Noetselerberg, 59,5 m, Nijverdalse Berg, 35 m.

“Als ook de wandelaars verdwenen zijn,
ligt de Beukenlaan er weer ongenaakbaar bij, tijdloos."

Het is de laatste zin uit een kort verhaal van Martin Bril over de Beukenlaan in Holten. Ooit een serieuze verbindingsweg naar de Holterberg, maar nu een schitterende onverharde laan (‘een zandpad’) zonder verkeersfunctie. Een aardig iemand heeft de tekst geplastificeerd en deze met vier inmiddels roestig geworden punaises op een verweerd plankje geprikt. Als je het niet weet, loop je er zo voorbij en dat is een gemis. Bril laat ons namelijk met hele andere ogen naar de Beukenlaan kijken. ‘Het zijn forse beuken, met machtige kronen, die ’s zomers lommerrijk over het pad spannen.’ Mooi.

Het spoorweggebouw van Holten

De Beukenlaan zou je het begin van de Sallandse Heuvelrug kunnen noemen. Want als je het spoor bij het stationnetje van Holten bent overgestoken, eindigt de bebouwing en begint een uitgestrekt bos- en heidelandschap dat tot wel 75 meter de hoogte ingaat. Deze heuvelrug is gevormd door Scandinavisch ijs dat in de voorlaatste ijstijd, zo’n 150.000 jaar geleden alweer, als een bulldozer de aarde voor zich uitduwde en van alles achterliet dat we nu vooral in en soms op de bodem terugvinden (zwerfkeien!). Het meest zuidelijke deel van het gebied is sinds 2004 een nationaal park, Nationaal Park de Sallandse Heuvelrug; één van de 20 NP’s die Nederland rijk is.

Fascinerend, Nederland zo aan je voeten!

Om nog even terug te komen op het spoorweggebouw van Holten. ‘Stationnetje’ mag dan wel heel idyllisch klinken, maar het witte gebouwtje maakt met de dichtgetimmerde ramen vooral een treurige indruk. En dat ligt echt niet aan het weer, want het is een prachtige dag. Er hangt weliswaar nog een fijne mist over de velden, maar de hemel kleurt al langzaam blauw en dan is de zon nooit heel ver weg. Je vraagt je af: is er nu niemand die hier een kantoor wil beginnen? De hele dag dat gezellige gerinkel van de spoorbomen en het olijke gefluit van de conducteur op de achtergrond. Geweldig!

Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
De Diepe Hel: aan het spektakel vandaag lijkt geen einde te komen, wat een prachtig pad!
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Huis Sprengenberg met een pracht van een toren, daar zo hoog en ongenaakbaar op die heuvel. Slot Neuschwanstein in miniatuur, maar dan gewoon in Salland.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Holterberg: loop nog tien minuutjes door en daar vind je een privéhutje waar het uitzicht nog indrukwekkender is.

De Toeristenweg

Maar goed, de Beukenlaan dus, het opwindende begin van drie dagen wandelen. Het is een stevige opdracht, vier dagen is natuurlijk relaxter. Dan hou je tijd over voor van alles en nog wat en leer je de Sallandse mores nog beter kennen, wat die dan ook mag zijn. Wat ons in ieder geval wacht is veel natuur. En stilte, want de Sallandse Heuvelrug is dun bevolkt. Voor Jan Mark is het min of meer een thuiswedstrijd, want hij komt hier vaak. Voor mij is Salland relatief onbekend. Buurman Twente is veel bekender.

Vanaf de Beukenlaan gaan we meteen de hoogte in. Niet spectaculair misschien, het is geen Zuid-Limburg, maar we klimmen wel degelijk. Twintig ‘bergen’ staan er op het programma de komende dagen. Niet altijd direct er-op-en-er-over, maar ook er vlak langs of wat meer in de verte. En soms heb je niet eens in de gaten dat je op een top staat. Maar voor we onze eerste berg kunnen afvinken, de Wullenberg, maken we een omweg langs ‘De Toerist’, een beeld op de hoek van de Holterbergweg en de Forthaarsweg. Op de fiets zou je er zo voorbij denderen, maar het staat er al sinds 27 juni 1963. Mooi is het niet: een wat grof, grijs beeld op een bakstenen sokkel van een mannetje met een verrekijker in zijn handen, enigszins aangevreten door de jaren. Maar het schetst wel een belangrijk tijdsbeeld, met excuses voor de flauwe woordspeling. Het is aan Holten geschonken door aannemer Te Siepe N.V. die de eer had om de befaamde ‘schilderachtige weg’ tussen Holten en Nijverdal te asfalteren.

De Holterbergweg (ook bekend als de ‘Toeristenweg’) bestond weliswaar al vanaf 1929, maar dan onverhard. Een en al ellende! Als het heet was veranderde de weg in een woestijn, als het regende werd het een modderpoel. Maar dankzij die weg kwam wel het toerisme in het gebied op gang en met de verharding in 1963 werd dat alleen maar meer. Veel meer. Lekker toeren met de auto op zondag was toen hét uitje van de week (heide in bloei, filerijden!). En hoe schilderachtig ook, de razend populaire weg zorgde er uiteindelijk ook voor dat de populatie korhoenders, die ooit uit 1500 broedparen bestond, er nagenoeg uitgestorven raakte. Door strenge maatregelen komt de vogel voorzichtig weer terug en daarmee is ook de rust in het gebied wat teruggekeerd. Zo mag de Toeristenweg alleen nog overdag worden gebruikt en is het aantal plekken waar auto’s kunnen stoppen zeer beperkt. Reguleren heet dat.

Piet Bos & Canadese begraafplaats

Het begin van de Holterbergweg is zo’n hotspot voor recreanten. Het is een populair beginpunt van veel wandelingen, er zijn wat restaurants waar ook wielrenners graag stoppen én het Natuurmuseum Holterberg staat er. Mocht je voldoende tijd hebben, wandel zeker binnen. In het museum, opgericht in 1938 door de befaamde preparateur Piet Bos, staan meer dan 1000 opgezette zoogdieren en vogels uit heel Europa, uitgestald in elf diorama’s. Na de dood van Piet, nam diens zoon Kees het over en toen die overleed kwam het in handen van een stichting. Het oorspronkelijk museum was overigens veel kleiner, maar de originele zaal is bewaard gebleven en ‘zit’ aan het einde van de tentoonstelling. Wát een buitengewoon sympathieke plek en wat een betrokken vrijwilligers. Ze vertellen je met veel enthousiasme over hun mooie museum. Je kunt er ook nog koffie krijgen. Weliswaar uit een kartonnen bekertje, maar het kost dan ook bijna niets.

We verlaten de drukte van de parkeerplaats en wandelen verder door het bos naar de Canadese begraafplaats op de flanken van de Wullenberg (57,5 m). Een prachtige, verstilde plek waar de zon net de laatste mistflarden verdrijft en de witte grafstenen laat baden in een warme gloed. We zijn alleen deze ochtend en dat heeft zo z’n charme. Op een prachtig onderhouden, licht oplopend grasveld staan 1394 graven, op de millimeter nauwkeurig geplaatst. Er liggen vooral Canadezen, maar ook Britten, Australiërs en één Belg. Naast de begraafplaats staat een informatiecentrum dat gratis toegankelijk is. Dat bewaren we noodgedwongen voor een volgende keer. Want, goed beschouwd hebben we pas een paar kilometer gewandeld en al bijna de hele ochtend gevuld. Tijd om de pas erin te zetten!

Holterberg & Sprengenberg

Terug de Holterberg op. Dit is zoals meerdere toppen op de heuvelrug, niet één markante top, maar een zeer uitgestrekte ‘bergrug’ waar op het officiële hoogste deel (60 m) meter een uitzichtpunt met bankjes staat. De perfecte plek voor een lunch, zou je zeggen. Maar mogen we iets verklappen? Loop nog tien minuutjes door en daar vind je pal langs het pad een soort privéhutje waar het uitzicht nog indrukwekkender is. Op een heldere dag kijk je ontzettend ver weg en niemand die je stoort. Als we na een korte pauze in ‘ons hutje’ verder lopen, breekt het landschap echt helemaal open en krijgen we nabij de Grote Koningsbelt (75,5 m) het decor voor de rest van deze dag voorgeschoteld: de Sprengenberg. Een machtig golvend natuurgebied met bossen, heide en smeltdalen zover het oog reikt. Het is ook hét domein van de korhoender. Tegenwoordig zo’n 35 broedparen die het door de toenemende verzuring van de heide nog steeds moeilijk hebben.

Om in de Sprengenberg er te komen, dalen we eerst scherp af, de Diepe Hel in. De Diepe Hel is een smeltwaterdal dat in de voorlaatste ijstijd is ontstaan door smeltend ijs dat over de heuvels naar beneden stroomde en diepe geulen vormde. De naam Diepe Hel moet echt van vroegere tijden zijn, want nu is het er ongekend mooi. We doorkruisen eerst een golvend heidegebied om daarna over een zeer intiem en groen pad tussen twee steile walkanten verder te lopen. Aan het spektakel vandaag lijkt geen einde te komen, wat een prachtig pad!

Dan breekt het bos opnieuw open en zien we in de verte, boven de bomen, de Palthetoren de lucht insteken, onderdeel van Huis de Sprengenberg dat in 1903 werd gebouwd. Aanvankelijk als vakantiehuis van de Almelose familie Van Wulfften Palthe. Palthe, Palthe, waar ken ik die naam van, we horen het u denken. Nou, die zaten goed in de slappe was, want de Palthe-stomerijen (ooit 400 stuks!) waren in het bezit van deze familie. Naast stomerijen (Twente, textiel, het verhaal zal bekend zijn) bezaten ze ook veel bossen en boerderijen in Twente en Salland.

Laat nu precies tegenover die toren, aan de voet van de 35 meter hoge Sprengenberg dus, een bankje staan waar we al heel lang naar verlangden. Vaak staan bankjes verkeerd, want je gaat er niet alleen op zitten om je boterhammen soldaat te maken, het oog wil ook wat! Maar deze is uitstekend geplaatst, respect. Het is een pracht van een toren, daar zo hoog en ongenaakbaar op die heuvel. Het huis en het landgoed er direct omheen zijn helaas niet toegankelijk. Maar daar beneden op dat bankje, kijkend naar dat machtige huis bovenop die machtige heuvel, dat is puur genieten. Slot Neuschwanstein in miniatuur, maar dan gewoon in Salland. In de toren zat trouwens vroeger een sterrenwacht.

V1 raketten

Gebak! Inmiddels hebben we enorme trek in koffie met wat lekkers en bij Herberg De Pas, ook ooit in bezit van de familie Palthe, weten ze daar wel raad mee. Het is een prachtig gelegen oude boerderij met een heerlijk terras en fijn gebak. Vanaf De Pas begint ook een schitterend oplopende beukenlaan die het natuurgebied De Sprengenberg inloopt. Martin Bril, als hij nog leefde, zou er wel raad mee hebben geweten. Wat een puur en groots landschap. We trekken tussen de Kleine en Grote Koningsbelt door, over heerlijke kleine paadjes, dwars door de heide. De Noestelerberg willen we eigenlijk laten liggen. We zijn moe, het vlees is zwak en we ruiken de stal. Maar dat gaat ooit knagen, dat weet je gewoon. En wat een geluk achteraf dat we niet hebben toegegeven. Want vanaf het uitzichtpunt op de berg zien we Zwolle liggen. En daarvoor, in een verder eindeloos leeg landschap, speciaal schoongeveegd voor deze heerlijke dag, de bakstenen schoorsteenpijp van de melkfabriek in Haarle. We ontwaren ook bergen in het oosten. Natuurlijk zijn het geen bergen, dat weten wij ook. Maar als je ze wilt zien, dan zijn ze er.

Vlak voor Nijverdal, onze bestemming voor de eerste nacht, stuiten we op een plek waar vroeger een lanceerinrichting van een V1 lag. Weer zo’n onbekend stukje Sallandse geschiedenis. Want dat er vanuit Den Haag V1’s op Londen werden afgevuurd, dat wist ik. Maar dat in de periode tussen december 1944 tot maart 1945 vanuit de omgeving van Nijverdal ook V1’s op Antwerpen en een brug in Duitsland werden afgeschoten, dat heb ik nooit geweten. Overigens duurde die beschietingen niet heel lang, want door de oprukkende Canadezen werden de installaties in maart 1945 ontmanteld en naar Duitsland gebracht. Vanuit de reconstructie van de lanceerinstallatie waar wij staan, werden er uiteindelijk 400 raketten op voornamelijk Antwerpen ‘gekatapulteerd’. In slechts 20 minuten tijd bereikten ze deze belangrijke strategische havenstad.

Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
We trekken tussen de Kleine en Grote Koningsbelt door, over heerlijke kleine paadjes, dwars door de heide.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
De rode bosbes of vossenbes op de Sprengenberg.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
De Eelerberg: een mooi afwisselend gebiedje met bankjes om uit te rusten en eeuwenoude beuken en eiken.
Dag 2

Van Nijverdal naar Rhaan

Toppen: Klinkenbelt, 46,2 m, Stoepaars, 30,8 m, De Victoria, 41,6 m, De Hollander, 44,7 m, De Eelerberg, 40 m, De Mekkelink, 19,5 m.

Gisteren hadden we de Hel, vandaag het Ravijn. In Salland houden ze wel van een beetje drama. En dan moet Hellendoorn nog komen. Maar eerst het Ravijn dus, net buiten Nijverdal. Het is een diepe, gegraven ‘geul’ door de Nijverdalse Berg, met steile wanden aan weerszijden. Door ‘het ravijn’, ook wel Spoorwegravijn genoemd, reed in 1880 de eerste stoomtrein (de ‘Vurige Salamander’) tussen Zwolle en Almelo. Het ravijn van, wat zal het zijn, een kilometer lengte of zo werd gegraven door polderwerkers uit het westen van Nederland, die waren daar blijkbaar goed in. Langs het spoor loopt ook het zogenaamde Goudzoekerspad dat refereert aan de goudkoorts die hier vanaf 1901 tijdelijk heerste. Veel goud werd er overigens nooit gevonden en de koorts verdween weer even snel als hij was opgekomen.

Een heerlijke wandelochtend volgt. Veel kleine sluip-door-kruip-door paadjes. Niet heel veel spektakel, maar stil en groen. Vlakbij de Kuil van Stoepaars, een immens gat in het bos waar het in de winter geweldig sleeën moet zijn, ligt Hotel-Restaurant De Uitkijk. En hoewel het nog vroeg is en het ontbijt van onze B&B in Nijverdal zich nog laat voelen, gaan we toch naar binnen om bij de openhaard in een bank neer te ploffen. Ze serveren er heerlijke koffie met zelfgebakken boterkoek en ja, dat proef je. Onbetaalbare ligging trouwens.

Hellendoorn, Krönnenzommer & V2 raketten

En zo dalen we langzamerhand vanaf de Klinkenberg af naar Hellendoorn. Daar opent zich het bos weer. Uitgestrekte groene weilanden en een dorpsgezicht met molens dat zo op een ansichtkaart (‘Groeten uit Hellendoorn’) past. In de verte klinken de geluiden van het Avonturenpark. Hellendoorn is een levendig dorp met een gezellige dorpskern waar bakkerij Lorkeers een centrale plek heeft. “Lekker van Lorkeers” staat er op de gebaksdozen waar mensen de deur meer uitlopen en dan weet je het wel. We slaan vast belegde broodjes in voor de lunch. Ook met een doos er omheen wat weer niet handig is als je een rugzak hebt, maar ze doen zo hun best bij de bakker dat we het zo laten. Heerlijke broodjes zijn het trouwens, als we ze op de top van de Victoria (41,6 m) oppeuzelen. Daar betaal je op een duur terras in de Randstad zo 12 euro voor. Per broodje. Salland hè.

De Hollander (44,7 m) na onze lunch is de volgende top en in de afdaling wandelen we het terrein van het voormalige Sanatorium Krönnenzommer op. Een prachtige plek midden in het bos. Na het uitvinden van medicijnen tegen tbc verloor het sanatorium voor tbc-patiënten dat in 1887 werd gebouwd zijn functie. Sinds 1964 is het een hospice, een plek voor demente bejaarden en mensen met de ziekte van Korsakov. Er zit sinds 2020 ook een museum, een B&B en een tea-room en de bijzondere plek ontwikkelt zich nog steeds. De naam Krönnenzommer, wat in het Twents zoiets betekent als ‘nazomer’, werd overigens pas later aan het oude sanatorium gegeven. Het komt uit een gedicht van dichteres Johanna van Buren die in Hellendoorn werd geboren en in 1962 stierf. Daarvoor heette het kuuroord officieel ‘Volkssanatorium voor borstlijders’. Het ligt, hoe toepasselijk, aan de Sanatoriumlaan.

We wandelen het landgoed Eelerberg op, een ‘belt’ van de noordelijke stuwwal van de Sallandse Heuvelrug en sinds 1951 in bezit van Staatsbosbeheer. Het is een mooi afwisselend gebiedje met bankjes om uit te rusten en eeuwenoude beuken en eiken, bossen van Rododendrons, varens, tapijten van mos en plukken heide en een aantal poelen die het leefgebied vormen van verschillende reptielen en amfibieën waaronder de ringslang. Staatsbosbeheer is druk bezig om het gebied in oude luister te herstellen. Nieuwe paden, bankjes, open stukken waar de natuur haar gang kan gaan. Een geweldig rustpunt.

Eelerberg en de aangrenzende Hellendoornse Berg waren ooit een lanceerplaats voor V2’s die in tegenstelling tot de V1 niet werd gekatapulteerd maar als een echte raket (de eerste raket!) de lucht in werden geschoten vanaf mobiele lanceerinstallaties. Op 19 november 1944 werd de eerste V2-raket vanaf de Eelerberg gelanceerd. Deze viel weer terug op de grond, ontplofte en liet de ruiten van het sanatorium Krönnenzommer aan diggelen slaan. Het ging vaker mis met de lanceringen waardoor soms hele bossen vlam vatte. Ook kwam er in december 1944 een raket na de lancering in een weiland bij Luttenberg terecht, niet ver van Hellendoorn. Pas na drie kwartier ontplofte de springlading, maar toen stonden er al honderden nieuwsgierigen te kijken. Negentien mensen vonden de dood. Op 27 maart 1945 werden de laatste raketten gelanceerd. Daarna werd de boel zorgvuldig ontmanteld en alle sporen uitgewist.

De Mekkelink

Na Eelerberg is het gedaan met het bollen van het landschap, zoals dat nu eenmaal gaat met een stuwwal. En vormde de spoorlijn bij Holten het begin van de Sallandse Heuvelrug, de Veldhuizenweg betekent het plotselinge einde. Hier begint het Sallandse boerenland wat ook wel weer een verademing is na al die bossen. Een beetje rommelig, met rondscharrelende kippetjes op het erf, roestige trekkers en trampolines in de voortuin. Poezen wippen boven het kontjeshoge gras uit, op jacht naar muizen. Een torenvalk zit doodstil op een paal, spiedend. De Sallandse Heuvelrug mag hier dan misschien eindigen, Salland zelf gaat gewoon verder. Aan de horizon doemen alweer nieuwe bossen en bergen op, het begin van de stuwwal Lemeler- en Archemerberg. Maar die zijn voor morgen, vandaag is het echt gedaan met de toppen. Op één na dan! Speciaal voor ons rispt de aarde nog een keer op. De 19,5 meter hoge ‘berg’ Mekkelink, ook een stuwwal of eigenlijk meer een stuwwalletje, ligt zelfs letterlijk in de achtertuin van onze B&B De Linde Hoeve. “Kom”, zeggen Iris en Peter als we het erf oplopen, “dan nemen we jullie meteen naar boven, want de top ligt hier vlakbij.” En even later staan we daar, op het ‘dak’ van die opvallende Mekkelink.

“De Mekkelink lijkt qua landschap een beetje op Denemarken waar wij ooit hebben gewoond, daarom werden we meteen verliefd op dit plekje”. In 2021 verbouwden ze een oude boerderij tot B&B en het resultaat mag er zijn. Een geweldige B&B met een comfortabele kamer en een puik ontbijt, zo hoor je een nacht in alle rust door te brengen. Peter, Rotterdammer van origine, speelde trouwens ooit nog tegen Johan Cruijff. Lang verhaal, maar het bewijs hangt als een foto aan de muur.

Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Door ‘het Ravijn’ reed in 1880 de eerste stoomtrein tussen Zwolle en Almelo.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
De 19,5 meter hoge ‘berg’ De Mekkelink.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Wat volgt is een afwisselende wandeling over kleine zandpaadjes met een prachtige klim naar het hoogste punt van de Lemelerberg.
Dag 3

Van Rhaan naar Ommen

Toppen: De Velderberg, 8,6 m, Lemelerberg 2, 48,2 m, Lemelerberg 1, 60 m, Archemerberg, 77,9 m, Stapelberg, 20 m, Besthmenerberg, 34 m + 18 m uitkijktoren.

Met de vertrouwde top van de Mekkelink in onze rug steken we de volgende dag bij Hankate de Regge over en wandelen we tijdelijk Twente binnen. Het stroomgebied van de Regge is de laatste jaren behoorlijk aangepakt en het natuurgebied Velderberg (in bezit van het Overijssels Landschap) is een mooi voorbeeld wat er uit zo’n beleid kan ontspruiten. Een verrukkelijk en intiem landschap, licht glooiend. Vanuit dichte bosschages schieten hazen de nog kale akkers op en kronkelpaadjes veranderen voortdurend de blik op de wereld. We vinden onze weg dwars door de weilanden en de modder, langs sloten en waterpoelen waar paarden en koeien drinken terwijl bramentakken naar onze kleding grijpen. Wat een onverwacht ruig gebied is dit, met dat mooie contrast tussen droge en natte gronden We vinden het bijna jammer dat we aan het einde ‘onze’ Velderberg via een brug weer verlaten, tussen de banjerende koeien door want die hebben de brug inmiddels ook ontdekt.

De Lemelerberg

Daarna wordt het even taai. We moeten het stuk tussen de Velderberg en de westelijk gelegen Lemelerberg overbruggen via Lemele. Daar tussenin ligt vlak, niet al te spannend agrarisch landschap met saaie boerderijen. En Lemele heeft daarna ook alles niet wat Hellendoorn wel heeft. De laatste supermarkt heeft in september 2021 de deuren gesloten en dan weet je het wel. Bovendien is de enige kroeg in het dorp op donderdag ook nog eens dicht, dus de koffie waar we zo naar verlangden kunnen we op onze buik schrijven. Maar als je het dorp aan de westkant, langs de befaamde Zaal Dijk (wie is er niet dronken geworden?) uitloopt, beland je meteen in een andere wereld. De Lemelerberg, die we vanaf de Velderberg al zagen liggen, kent veel jeneverbessen en heide. Er scharrelen zeldzame zandhagedissen rond. Veldleeuwerik, geelgors en boompieper komen er maar wat graag.

Wat volgt is een prachtige, afwisselende wandeling over kleine zandpaadjes met uiteindelijk een prachtige klim naar het hoogste punt van de Lemelerberg. Bovenop heb je een machtig uitzicht over de hele berg en het omringende platteland. Fascinerend, Nederland zo aan je voeten! Het Overijssels Landschap is op de hellingen van de hele Lemelerberg druk bezig om de heide vitaler te maken. Dat doen ze met behulp van steenmeel (niets anders dan gemalen steen, je moet er geen brood mee gaan bakken) om verdere verzuring dus verarming tegen te gaan. In dat steenmeel zitten mineralen als calcium en magnesium die de heide vitaler en sterker maken. Is de hoop. Natuurlijk helpt de mens de natuur daarmee een fors handje, maar de stikstof die de heide verzuurt is ook geen natuurlijk proces maar door de mens veroorzaakt.

De hoogste top & twee schuifdeuren

We steken de mooie Kerkweg over en lopen de noordkant van de Lemelerberg op. Stilletjes hopen we op koffie met zelfgemaakte appeltaart bij het heerlijk gelegen theehuis De Lemelerberg, maar de zaak is alleen in het weekend open. Langs het monument Park 1813 en zwerfkei de Dikke Steen klimmen we eerst over brede paden en later over kronkelpaadjes naar de hoogste top; die van de bijna 78 meter hoge Archemerberg. Dat is uiteindelijk nog een lange en serieuze klim die ons op deze bijna windstille dag een kletsnatte rug oplevert. Op de kale top komen de boterhammen uit de rugzak die we bij B&B de Linde zonder problemen mochten smeren.

De afdaling daarna van de Archemerberg gaat over een avontuurlijk, steil pad waarna we door een open zandvlakte met heide naar Nieuwebrug lopen. Daar steken we de Beneden-Regge over en lopen voor even bewoond gebied in. Café De Nieuwe Brug is gelukkig open en er zit nog een prachtig verhaal aan vast ook. Dit traditionele familierestaurant, zilveren schaaltjes met gebakken aardappelen op een rechaud, kent namelijk een roerige geschiedenis. Twee schuifdeuren van een van de zalen van het restaurant zijn in april 1945 gebruikt om tijdelijk dienst te doen als noodbrug over de Regge. De brug was kapotgeschoten tijdens gevechten tussen Canadezen en Duitsers. Van het een op het andere moment waren families en vrienden afgesneden van de wereld aan de andere kant van het water. Er werd een noodbrug gemaakt met allerhande materialen, waaronder dus twee schuifdeuren, waardoor in ieder geval wandelaars en fietsers weer naar de overkant konden. Waar zijn die deuren dan, willen we weten. Nou, komt u maar even mee. En daar hangen ze. Imposante deuren van zo’n 2,5 meter hoog. Minstens. Mooi gerestaureerd en ze worden nog regelmatig gebruikt als er feesten of partijen zijn.

Kamp Erika & Krishnamurti

Het einde Vanaf Nieuwebrug gaan we op weg voor het laatste traject, naar station Ommen. We lopen even een fraai deel langs de Regge (Steile Oever) met ruig begroeide oevers vol bloemen en kruiden en daarachter uitgestrekte weilanden met boerderijen. Het barst er van de vlinders en insecten.

Hier, op een steenworp van de oevers van de Regge, klinken vandaag de dag de opgewekte geluiden van een drukke camping. Maar ooit had deze plek een veel minder vrolijke bestemming. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het een Duits strafkamp, Kamp Erika, met voornamelijk zwarthandelaren en illegale slachters. Het regime was hardvochtig en er overleden veel gevangenen. Direct na de oorlog diende het als een gevangeniskamp voor collaborateurs en NSB’ers. Vòòr de oorlog werden op dezelfde plek de zogenaamde 'Sterkampen' gehouden met de charismatische Indiase ‘spiritueel leraar’ Jiddu Krishnamurti als spreker. Hij was het hoofd van de Orde van de Ster in het Oosten en dé grote inspirator van het theosofische gedachtengoed van de orde. Van heinde en ver kwamen (met speciale treinen!) mensen naar zijn preken luisteren; Greet Hofmans was één van die duizenden volgelingen. Maar Krishnamurti heft de orde in 1929, als er wereldwijd 40.000 leden zijn, van de ene op de andere dag op. Hij voelde er niets voor om als een leider, Messias of erger, sekteleider gezien te worden. Tot 1939 werden er nog wel Sterkampen georganiseerd, daarna kwamen de barakken leeg te staan omdat de Tweede Wereldoorlog nadrukkelijk op de deur klopt. Van de barakken, die dus eerst door de Sterkampen werden gebruikt en later door de bezetter, is nu niets meer over. Wat rest is een bankje, een steen en twee gedenktekens in het bos; een voor Kamp Erika en een voor Krishnamurti.

We verlaten de prachtige Regge weer via een klaphek en stuiten even later midden in het bos op het imposante Bostheater Ommen, het grootste openluchttheater van Nederland. De ‘groten der Nederlandse aarde’ traden hier in de zomermaanden allemaal op: De Dijk, Golden Earring, Jet Rebel. 2500 mensen kunnen erin, de akoestiek schijnt geweldig te zijn.

Meteen achter het bostheater ligt, op de top van de Besthmenerberg, een 18 meter hoge uitkijktoren. Eenmaal boven kijken we vanaf een platform terug naar waar we vandaan komen en wat er nog voor ons ligt. Een zee van bos en daar, de Archemerberg met die lelijke tv-mast ernaast, waar we onze boterhammen hebben opgegeten. En daar het Vechtdal. En Ommen natuurlijk, ons eindpunt.

De wind waait lekker om de toren heen. De laatste wandelaars dalen af en verdwijnen even later uit het zicht. Salland ligt er weer ongenaakbaar bij. Tijdloos.

Meer info

Over de Sallandse Toppentocht

De Sallandse Toppentocht tussen Holten en Ommen is 68 km lang en voert over en langs twintig 'bergtoppen'! Je kunt hem in drie dagen goed lopen, vier dagen is relaxter. Ben je van plan de route te lopen? Kijk dan hier voor alle praktische info en hoe je de route kan doen met de SNP Route App.

Image
Overzichtskaart Sallandse Toppentocht
Overzichtskaart van onze Sallandse Toppentocht
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
De Archemerberg: dat is een serieuze klim die ons op deze bijna windstille dag een kletsnatte rug oplevert.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
De 'Steile Oever' langs de Regge.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Bovenop de Lemelerberg heb je een machtig uitzicht over de hele berg en het omringende platteland.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
We vinden het bijna jammer dat we aan het einde ‘onze’ Velderberg via een brug weer verlaten.
Image
Wandelroute Sallandse Toppentocht
Het monument Park 1813 bij Theehuis De Lemelerberg.