Sneeuwschoenwandelen in Noorwegen: 6 mooie gebieden
Sneeuwschoenwandelen in winters Noorwegen is een feest voor actieve natuurliefhebbers. Vrijwel niets leent zich beter voor het verkennen van maagdelijke sneeuwvlaktes dan sneeuwschoenwandelen, want met sneeuwschoenen verlaat je graag de gebaande paden. Skilifts? Niet nodig. Een sneeuwschoentocht in Noorwegen levert je daarom gegarandeerd superlatieven: qua stilte, qua crispy buitenlucht, qua inspanning en vooral ook ontspanning.
FAQ: meestgestelde vragen over sneeuwschoenwandelen in Noorwegen
Een sneeuwschoen, ook wel bekend als sneeuwracket, is speciaal schoeisel ontworpen om gemakkelijker over sneeuw te kunnen lopen. Ze verdelen het gewicht van de drager over een groter oppervlak, waardoor de voeten minder diep wegzakken in de sneeuw door de verminderde druk. Moderne sneeuwschoenen zijn gemaakt van kunststof en aluminium, en je bindt ze heel eenvoudig onder je gewone (hoge) bergschoen.
De mooiste sneeuwschoenwandelgebieden in Noorwegen
Denk je aan Noorwegen dan denk je aan natuur, natuur en nog eens natuur. Aan fjorden, bossen, rotsachtig hoogland en kale bergen. Steden vind je nauwelijks in Noorwegen. De Noren hebben een manier van leven ontwikkeld die ze Friluftsliv noemen: vrij leven in de buitenlucht. Leven in harmonie met de natuur. Omdat Noorwegen ’s winters wit wordt zijn skiën, langlaufen en sneeuwschoenwandelen de favoriete bezigheden, en de Noren zijn gezegend met veel geweldige natuurgebieden in eigen land. We zetten ze, in willekeurige volgorde, voor je op een rij.
1. Rondane
Hooggebergte, hoogvlakte en nationaal park ineen, dat is Rondane. Rondane Nasjonalpark is het oudste natuurpark van het land, waar je uiteraard geweldige tochten kunt maken. Zoek een mooie locatie uit en gebruik die als uitvalsbasis voor je dagtochten. De nederzetting Høvringen is er bijvoorbeeld zo een. Begin daar eens met een rustig rondje naar de Vardhøe (1116 meter). Dan kun je altijd later ambitieuzer worden en een top als de Karihaugen (1277 meter) op je programma zetten. Je zult versteld staan van de geweldige uitzichten. En van de eindeloze andere wandelmogelijkheden!
2. Jotunheimen
Je hoeft niet overdreven veel fantasie te hebben om te begrijpen dat de bergen van Jotunheimen in de ogen van de oude Noren samen het huis van de reuzen (Jotun) vormden. Je voelt ook nu nog dat ze er wonen. Samen met de gebergtes Hurrungane en Breheimen vormt Jotunheimen het hoogste gebergte van Noorwegen. De Glittertinden (2464 meter) en de Galdhøpiggen (2469 meter) zijn indrukwekkende toppen die je in de winter graag met rust laat. Om lekker te wandelen kun je het best voor een wat lager gelegen hut kiezen zoals die van Gjendesheim. Wandelmogelijkheden genoeg!
3. Lofoten
De Lofoten zijn een archipel van vijf grote en een aantal kleine eilanden vlak voor de kust van het Noorse vasteland. De eilandengroep ligt binnen de Poolcirkel en net onder de Noorderlichtovaal, twee ingrediënten die de Lofoten een fantastische plek maken om het Noorderlicht goed te kunnen zien (zie kader 1). De bergen op de eilanden lijken vaak bijna verticaal uit de zee op te rijzen en zijn ruig. De beroemdste van allemaal is de Svolveargeita, die twee puntige toppen heeft die eruit zien als horens, waarmee hij het uitzicht in de districtshoofdstad Svolvaer domineert. Vlak bij Svolvaer kun je al kijken wat goed bij je conditie past, door bijvoorbeeld een tochtje te maken richting de Tjeldbergtinden, waar je fraai uitkijkt over Svolvaer.
Mooier Noorderlicht in 2024!
- De kans is groot dat je in 2024 extra mooi Noorderlicht kunt zien. Het Noorderlicht wordt veroorzaakt door elektrisch geladen deeltjes van de zon en de activiteit van de zon varieert per jaar. Deskundigen verwachten in 2024 een nieuw zonnemaximum met krachtige zonnestormen, die verhoogde poollichtactiviteit tot gevolg hebben.
- Op de SNP-reis naar de Lofoten bezoek je het Polarlightcenter in Laukvik, waar twee Nederlandse wetenschappers al ruim 15 jaar onderzoek doen naar het lichtfenomeen.
- Kijk voor meer info op de website van het Polar Light Center en Noorderlichtjagers
4. Hardangervidda
De Hardangervidda is een uitgestrekt hooggebergteplateau in het midden van Zuid-Noorwegen. Het is de grootste hoogvlakte van Europa. Het is een golvend bergland dat is bezaaid met talloze meertjes, stroompjes en watervallen. Een groot deel van het jaar tref je er sneeuw, ook in de zomer. ‘Vidda’ is Noors voor uitgestrektheid en daarom moet je het begrip ‘vlakte’ vooral niet letterlijk nemen. Hoogteverschillen zijn er genoeg in de Hardangervidda. Het hoogste punt op de vidda is de Sandfloegga, met een hoogte van 1721 meter. Je treft hier ook de Hardangerjøkulen, een van de grootste gletsjers van het land, en talloze watervallen als de Voringfossen en de Nykkjesøyfossen. En: duizenden wilde rendieren die hier in grote groepen rondtrekken.
5. Valdres
Valdres is een hooggelegen district ten zuiden van Jotunheimen, waar de rivieren de Etna en de Begna doorheen stromen. Veel mensen rijden door Valdres op weg naar het noorden, en doen de streek daarmee tekort. Je kunt er gerust je reisdoel van maken, want de streek heeft sportieve buitenmensen steeds meer te bieden. Vanuit ski-oorden als Beitostølen en Valdres Alpine Center bij Fagernes worden ook langlaufers en sneeuwschoeners op hun wenken bediend. Of vertrek vanuit plaatsjes als Fagernes of Gol, bijvoorbeeld naar de top van de Makalaus, voor een geweldig uitzicht over het Aurdal.
6. Sirdal
Het relatief onbekende Sirdal ligt in het uiterste zuiden van Noorwegen, en is daarmee redelijk dicht bij huis voor wie Noorwegen met de auto bezoekt. De rivier de Sira is de naamgever voor het dal en stroomt er van ruwweg Adneram in het noorden naar de Anafjord in het zuiden. Met name het hooggelegen noordelijke deel van de uitgestrekte vallei is interessant voor de sneeuwschoenwandelaar. Je kunt rustig zeggen dat dat een paradijs is voor sneeuwschoeners die graag hun weg zoeken in de fjells.
Dagtrajecten zijn er te over vanuit plaatsjes aan de rivier als Sinnes, Fidjeland en Adneram. Als je de echte eenzaamheid wilt opzoeken, dan kun je een meerdaagse huttentocht overwegen. Maar neem in de winter nooit risico’s met je afstand en het weer. Laat je begeleiden door een plaatselijke gids. Heb je wel winterervaring, dan is het wijs om met een korte tocht te beginnen, bijvoorbeeld in twee dagen naar een hut, die dan liefst ook niet al te ver weg ligt: heen op dag een, heerlijk slapen in je hut en weer terug op dag twee. Vanuit Adneram, waar de vallei zo ongeveer doodloopt in de winter, kun je in dagwandelingen naar de selfservice DNT-hutten van Grautheller, Taumevatn en Heibergtunet. Dan heb je een geweldige vierdaagse ronde te pakken. Je kunt het nog uitbreiden door over het bevroren Svartevatn-meer naar de hutten van Auradal en Kringlevatn te lopen.
Hutten in Noorwegen: de DNT
- Noorwegen heeft een zeer uitgebreid netwerk van hutten (er zijn er 550!), die eigendom zijn van Den Norske Turistforening, de DNT. Je hoeft geen lid te zijn van de DNT om er te kunnen overnachten. En: ze zijn bijna allemaal winterproof. Wel moet je voor sommige hutten de DNT-sleutel bestellen op de webshop van de DNT.
- Sommige hutten hebben een huttenwaard, maar de meeste zijn onbemand.
- Een aantal hutten is niet bevoorraad met proviand (er zijn wel dekens en matrassen) en er is een groot aantal self-service hutten. Bij die laatste vind je eten in de provisiekast. Je eten en overnachtingskosten betaal je het eenvoudigst met de DNT-betaal-app.
- Je vindt alle hutten op de DNT-website, waar ook veel wandelroutes staan uitgestippeld. Een meerdaagse trektocht plannen wordt daarmee heel eenvoudig.
Blijf op de hoogte
Ontvang iedere twee weken tips en inspiratie over de mooiste bestemmingen in je mailbox.
