Een surrealistische omgeving
Wanneer we opstaan, is het zwaar bewolkt en valt er lichte neerslag. Omdat het niet warmer is dan een graad of vijf kleden we ons dik aan. Tot onze vreugde zien we weinig andere mensen bezig met het opbreken van hun tent – het lijkt erop dat de meesten hier niet voor de Laugavegur zijn gekomen.
Het eerste deel van het pad gaat door heel onregelmatig en rotsig terrein; we lopen over een gigantische stroom gestold lava. We verbeelden ons hoe de aarde vlak onder onze voeten wringt, schuurt, barst en stroomt. Het is een opwindend gevoel dat we bijna ‘live’ aanwezig zijn bij processen die al sinds het begin der tijden onze planeet hebben gevormd. Wanneer we stomende zwavelpoelen zien (en ruiken), neemt deze opwinding alleen maar toe. Grillige rotsformaties, kale, diep ingesneden berghellingen in kleuren die bijna chemisch aandoen, en grote hoeveelheden sneeuw; samen vormen deze elementen een surrealistische omgeving. Het is onvergelijkbaar met wat we tot nu toe ooit hebben gezien. Het pad is goed te volgen doordat het regelmatig gemarkeerd is met lange stokken. Het voert ons in en uit dalen die door mineralen en korstmossen prachtig gekleurd zijn. Op verschillende plaatsen stijgen stoomwolken op. We komen steeds hoger en steken een aantal immense sneeuwvelden over. Opeens verandert de neerslag van regen in hagel. De kou en de hagelstenen snijden in ons gezicht en doen ons naar adem happen. Maar zo plots als de hagelbui is begonnen, zo abrupt houdt hij weer op. Dan volgt een adembenemend schouwspel. De zon komt door het dikke pak wolken tevoorschijn. Het felle schijnsel doet de sneeuwvelden wit oplichten en laat de gitzwarte lavastenen diep glanzen. De door de hagelstenen sterk afgekoelde en vochtige bodem begint te dampen onder de warme stralen en plukken mist stijgen op van de grond. Een monochroom zwartwit landschap van een artistieke schoonheid ontvouwt zich voor onze ogen. Vergeten is de bijtende kou van zojuist, we genieten alleen nog maar met volle teugen.
Het ene hoogtepunt volgt het andere op. Wanneer we helemaal boven aan de klim zijn, ontwaren we diep beneden ons het volgende dal met op de bodem daarvan enkele fel gekleurde tentjes. Omgeven door kale, kleurrijke en met sneeuw bedekte bergen is dit een ongelooflijk mooie plek om de nacht door te brengen. Niet veel later zetten we voet op de ‘camping’. De plekken worden aangegeven door halfronde muurtjes van op elkaar gestapelde stenen. Een welkome beschutting tegen de wind die geregeld stormachtige snelheden aanneemt in IJsland. Verderop is ook een hutje met enkele slaapplaatsen, twee wastafels en twee latrines. Het ammoniakaroma komt ons tegemoet, maar er is in elk geval iets met een wc-bril, en dat is meer dan waarop we hadden gerekend. Kosten per nacht: zo’n acht euro voor ons tweetjes.