Asturië is niet de allerbekendste Spaanse provincie. Wél een hele prettige voor fietsers. Asturië is de streek in Noord-Spanje tussen de Costa Verde en de Picos de Europa bergen. Schitterende natuur, rijke geschiedenis en tradities en overal is het rustig.
Asturië is een streek in Noord-Spanje tussen de Costa Verde (lett. Groene kust) en de bergen van de Picos de Europa. Deze groene noordkust van het Iberisch schiereiland leent zich prima voor een heerlijke fietsvakantie. Over heuvelend of - voor wie wil - licht bergachtig terrein, langs zee en strand, fiets je door het boerenland van Cantabrië en Asturias. Over delen van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela en langs oude pleisterplaatsen zoals Villaviciosa. Je komt langs grillige klifkusten, slaperige baaitjes en bedrijvige vissersdorpjes, maar ook de flanken van het Cuera- en Suevegebergte kenmerken deze onverwacht groene regio van Spanje.
Wij fietsten een week tussen zee en bergen in Asturië. Het was een lichte fietsreis, die werd verzorgd door SNP Natuurreizen en je ook als kant-en-klaar arrangement kunt boeken (d.d. 2016; zie hieronder voor meer informatie). We fietsen soms dicht langs de kust, soms door de heuvels, dan weer door het boerenland. Hier en daar volgt de route de pelgrimsroute naar Santiago de Compstela.
We deden dus het fietsarrangement van SNP Natuurreizen, een volledig verzorgd arrangement incl. bagagevervoer. Fietshuur is mogelijk, waaronder de mogelijkheid om te kiezen voor een e-bike. De reis bestaat uit zes fietsdagen van gemiddeld zo'n veertig kilometer. Voor gezinnen biedt SNP een speciale variant aan.
Licht, vooral omdat de etappes vrij kort zijn. De heuveltjes zijn soms pittig. Maar ook kort en dus is het leed te overzien. De wegen zijn meestal prima. De weg vinden is nooit een probleem. Ook al omdat we de tocht doen met SNP: daar hoort een routebeschrijving bij, inclusief gps-bestanden. Eitje!
Dag 1: Rondrit in de buurt van de startplaats Vilde, 40 km (620 m stijgen en dalen)
Door het heuvelachtige boerenland op de grens van Asturië en Cantabrië.
Dag 2: Vilde – Cué, 41 km (500m stijgen en 460m dalen).
In Colombres, een paar kilometer fietsen van Vilde, stappen we de Quinta Guadelupe binnen, vroeger een koopmanshuis, nu het museum van de emigratie. Het is lichtblauw geverfd en oogt koloniaal. Veel kamers zijn gelaten zoals ze waren. Binnen leer je dat er veel meer van dit soort indrukwekkende villas zijn, Casos de Indianos. Ze waren van de kolonialen die vanuit Asturië vertrokken naar ‘Las Americas’. Onder elke steen ligt in deze streek een stuk geschiedenis. Asturië heeft beroemde prehistorische grotten met muurschilderingen. Vlakbij Colombres is er al een. La Cueva del Pindal. Verderop doorkruisten we het natuurgebiedje Ría de Purrón (waar onder meer otters leven) en aan het einde van de dag het natuurgebied Bufones de Arenillas. Bufones zijn gaten in de kustbodem waarin je oergeluiden hoort. Er zitten prehistorische draken in die soms metershoog het zeewater opspuiten. Water spuiten doet het monster van vandaag even niet. De oergeluiden maakt hij wél. Broooohaa! Het natuurgebied is ook verder prachtig. Woeste golven, een rotsige kust. Donkere wolken. Wind. Een onbedorven kust!
Dag 3: Cué - Nueva (340m stijgen en dalen).
Een etappe met één flinke klim naar een bijzonder uitzichtpunt aan de rand van het Cueragebergte. Vlak na de top kom je langs El Roxin, een restaurant in the middle of nowhere in het gehucht El Mazuco. Onderweg zijn er zo goed als verlaten prachtige strandjes!
Dag 4: Nueva - Pernús (42 km, 430m stijgen en dalen).
Een rustige dag vandaag. Vaak zie je gele schelpen van de pelgrimsroute door het kustgebied en over de flanken van het Suevegebergte. Ook vandaag zijn er mooie stranden en kleine natuurgebiedjes.
Dag 5: Pernús - Arguero (31 km, 370m stijgen en 250m dalen).
Evt. Een extra daling en klimmetje naar het vissersdorp Tazones waar je de verste vis eet die je maar bedenken kan. Het dorp ligt in de diepte en van de route af, dus je moet met een volle maag weer heuvel op. Het klimmetje terug is de moeite dubbel en dwars waard. Voordat je naar het vissersdorp kunt afslaan kom je langs Villaviciosa. Een stadje gelegen aan de riviermonding, met een sfeervol oud centrum. Ooit was het een belangrijke pleisterplaats op de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela. Verschillende gebouwen herinneren hieraan.
Dag 6: Arguero – Gijon (29 km 260m stijgen en 400m dalen).
De laatste dag is een rustig dagje. Eén venijnig klimmetje en daarna zoeven we naar beneden naar de boulevard van Gijon. Deze boulevard loopt langs de baai en het strand van Lorenzo.
Mei t/m september.
Vliegen ligt het meest voor de hand. D.d. 5-2016: Je kunt vliegen naar Santander, Bilbao of Oviedo. KLM vliegt op Bilbao. Retourtickets v.a. €99. Iberia vliegt op Oviedo. Prijzen v.a. €180 retour. Met Ryan Air van Düsseldorf (Weeze) of Brussel naar Santander is ook een optie. In elk geval goedkoop. Maar let op: deze vlucht is niet altijd beschikbaar, en je moet nog naar Duitsland of België rijden. Het goedkoopst is Düsseldorf, v/a €23 enkele reis.
Een nadeel van vliegen: per openbaar vervoer verder reizen duurt lang en sluit niet altijd aan. Vilde is een tamelijk onbereikbare plek. Met de bus kom je tot Unquera. Zie: https://www.alsa.es
Met de auto vanaf Utrecht is het 14:55 uur rijden, 1.553 kilometer.
Veel en nuttige info over de streek vind je hier http://whereisasturias.com/ en hier https://www.turismoasturias.es/en/