icon-mouse icon-mountain icon-facebook icon-instagram icon-pinterest icon-twitter icon-youtube icon-close icon-zoek icon-triangle-left icon-triangle-right icon-ebike icon-hond icon-gezin icon-zwaarte icon-gps icon-trein icon-comfort
Image
Hardangervidda Noorwegen wandelen
Landeninformatie

De 6 mooiste huttentochten van Noorwegen

  • 02 juni 2022
  • Door: Matthijs Meeuwsen
  • Fotografie: Sjiva Janssen (header)

Langs diepe fjorden, op imposante hoogvlaktes en in dichtbegroeide bossen: door heel Noorwegen wachten honderden hutten op avontuurlijke wandelaars. We selecteerden zes van de mooiste huttentochten door de ruige, Noorse natuur.

Het Gjendemeer & Besseggen

Voor actieve buitensporters (lees: zo’n beetje alle Noren) is er geen betere speeltuin denkbaar dan Jotunheimen. De naam van dit berggebied in hartje Noorwegen betekent letterlijk ‘het huis van de reuzen’. Je vindt er niet alleen de 29 hoogste pieken van het land, maar ook het magistrale Gjendemeer. Hoewel je er mijlenver van de kust bent, heeft het diepblauwe water, omzoomd door reusachtige roswanden, veel weg van een heus fjord. Aan het meest westelijke puntje van het meer ligt Gjendebu, de oudste hut van Den Norske Turistforening. Het is een uitstekend startpunt (of eerste slaapplek) voor een 2- of 3-daagse tocht door het wonderschone ansichtkaartendecor.

Via een oude handelsroute, de Bukkelægret, klim je vanaf de oevers van het Gjendemeer al snel honderden meters omhoog. Na een overnachting in de Memurubu-hut – met slaapplekken voor wel 150 gasten – is het tijd voor de afsluitende tocht over de iconische Besseggen-kam. Deze fotogenieke oversteek geldt als de populairste bergwandeling van Noorwegen. Hele volksstammen genieten elk jaar van de fabuleuze vergezichten waar je aan weerszijde van de smalle kam op wordt getrakteerd. Toch is deze dagtocht bepaald niet voor iedereen weggelegd. Zonder goede conditie – of bij nat en winderig weer – is de oversteek simpelweg te gevaarlijk. Zelfs ervaren bergwandelaars moeten voor de 14 kilometer lange tocht vol grillige klauterpassages zo’n 7 tot 9 uur uittrekken.

Image
Besseggen Noorwegen wandelen
Besseggen

Trollheimen Trekanten

Besseggen is de populairste bergkam van het land, maar de meeste Noren vinden Trollheimen nog net een tikkie mooier. Deze bergrug ten zuidwesten van de stad Trondheim laat zich maar moeilijk in een hokje proppen. In het oosten wordt het decor gekenmerkt door ronde toppen en valleien gevormd door gletsjerijs, maar meer naar het westen doen de scherp afgetekende pieken eerder aan de Alpen denken. De meest bejubelde wandeling in de wijde omgeving is de dagtocht naar de top van de Snota: met 1668 niet de grootste piek van de streek, maar wel met een uitzicht om in te lijsten.

Wie meer dan een dag te besteden heeft, kan ook kiezen voor de Trekanten (lees: ‘driehoek’) van Trollheimen. De tocht voert in drie dagen naar Gjevilvasshytta, Jøldalshytta en Trollheimshytta: drie klassieke berghutten met eigentijdse service. Voor een mooie opbouw kun je vanuit Gjevilvasshytta het beste tegen de richting van de klok in lopen. Je krijgt dan weliswaar steeds wat meer hoogtemeters en ruig terrein voor de kiezen, maar het landschap vol frisblauwe forelmeren en hooggelegen bergdalen wordt onderweg steeds weer wat mooier. 

Image
Trollheimen Noorwegen wandelen hut
Trollheimen

Rondje Lysefjord

Met zijn fonkelmooie waterspiegel en groen gespikkelde bergflanken bezit het Lysefjord die woeste screensaverschoonheid waar Noorwegen zo om bejubeld wordt. Maar het fjord dankt zijn faam bovenal aan twee Instagramfähige natuurspektakels. De 604 meter hoge ‘selfierots’ Preikestolen steekt vervaarlijk boven het water uit. De minstens zo beroemde Kjeragbolten is een ronde zwerfkei die muurvast tussen een rotsspleet vast is komen te zitten. De meeste bezoekers blijven plakken rond deze – het moet gezegd worden – adembenemend mooie toeristentrekkers. Maar wie verder kijkt dan zijn bergschoenen lang zijn, vindt tijdens een ‘rondje Lysefjord’ nog veel meer vijfsterrennatuur.

Voor de hele rondwandeling moet je zo’n zeven dagen uittrekken, al is het ook eenvoudig om de huttentocht in te korten door af te snijden met de lokale veerdienst. De route is best pittig, met lange dagetappes en ruig terrein dat tijdens een regenbuitje gevaarlijk glibberig kan worden. Het gevarieerde decor is een beetje doorbijten echter meer dan waard. Gemoedelijke kuierpassages langs de waterlijn worden afgewisseld met steile kuitenbijtklimmetjes op honderden meters hoogte. Wees gewaarschuwd: wie te vaak stilstaat om zich te vergapen aan al die magnifieke uitzichten, watervallen en bossen kan buiten de zomermaanden zomaar verrast worden door het invallende donker.

Image
Lysefjord Noorwegen
Lysefjord

De Rondane driehoek

Ten oosten van Jotunheimen ligt Rondane: een streek die al in 1962 met een dikke strik werd ingepakt als eerste nationale park van Noorwegen. In deze uitgestrekte wildernis bevinden zich maar liefst tien toppen van boven de 2000 meter, waardoor ook bergwandelaars en buitensporters het gebied in hun hart hebben gesloten. Eerlijk is eerlijk: het park mist de spectaculaire fjordenpracht die je wel vindt aan de Noorse kust. Maar de schier eindeloze vlaktes en de wat meer afgeronde bergflanken vormen nog steeds een wandeldecor om de vingers bij af te likken.

Voor een kennismaking met het nationale park is de Rondane Triangle Route de beste keus. Vanuit Spranget wandel je in vijf dagen – met elke dag ongeveer tien kilometer op het programma – naar alle uithoeken van het park. Alleen tussen Dørålseter en Bjørnhollia krijgen de kuiten wat steile stukjes te verduren. Verder zijn de vlaktes vol zacht verend kerststukjesmos ook voor minder ervaren kilometervreters prima te behappen. Onderweg is er dus alle tijd om de horizon af te speuren naar wilde rendieren. Ook muskusossen steken op deze Noorse toendra geregeld hun harige kop en woeste kapstokhoorns boven het maaiveld uit.

Image
Rondane Noorwegen
Rondane National Park

Hardangervidda

Met ruim 8.000 km² aan wildernis is Hardangervidda het grootste bergplateau van Noord-Europa en het meest omvangrijke nationale park van Noorwegen. Wandelaars voelen zich de koning te rijk op de arctische hoogvlakte. Het gebied is bezaaid met hutten en dooraderd met een overvloed aan bewegwijzerde wandelroutes. Dat maakt een route uitstippelen aan de ene kant kinderlijk eenvoudig, maar tegelijkertijd – met zoveel moois om uit te kiezen – toch een flinke kluif. Veel bezoekers blijven in de buurt van de Hardangerjøkul; een van ’s lands grootste gletsjers. In een dag of vijf maak je een huttentocht rond de immense ijstong.

Wie ook kennis wil maken met de andere gezichten van Hardangervidda, trekt vanaf Finse – bereikbaar via het hoogste (1222 meter) treinstation van Noorwegen – in drie dagen richting het Aurlandsfjord. Aanvankelijk domineert nog steeds het door gletsjerijs gegeselde landschap, waar je zelfs hartje zomer de nodige sneeuwvelden op je pad krijgt of op zijn minst wat stroompjes smeltwater moet doorwaden. Maar naarmate je dichter in de buurt van Flåm komt, wisselen de kletsnatte rivierdalen, smalle canyons en steile afgronden zich in razend tempo af. Het rotsachtige tot drassige terrein moet met een goede basisconditie geen probleem zijn.

Image
Hardangervidda Noorwegen wandelen
Hardangerfjord

Finnskogleden

In het zuidoosten van Noorwegen, op de grens met buurland Zweden, wacht een streek waar je door de bomen het bos niet ziet. In de 17e eeuw trokken veel Finse immigranten naar dit dunbevolkte deel van Scandinavië om plukjes bos kaal te branden en zo geschikt te maken voor akkerbouw. Desondanks wordt het gebied nog altijd gedomineerd door soms torenhoge naaldbomen. De 214 kilometer lange Finnskogleden slingert als een aangeschoten rendier door dit prachtige, bosrijke gebied.

Hoewel je voor deze huttentocht maar liefst 13 dagen moet uittrekken, zijn de gemoedelijk glooiende paden eenvoudig te belopen. Vanuit Oslo reis je al in zo’n twee uur naar startplaats Morokulien; waar zelfs gezinnen met kinderen de veters aansnoeren voor een of meerdere dagetappes. De hele tocht is prima bewegwijzerd en bestaat ook dikwijls uit passages aan de Zweedse kant van de grens. De hutten langs de route zijn eenvoudig en onbemand, maar de panorama’s vol antieke boerderijen, serene meertjes en – met een beetje geluk – een eenzame eland zijn onbetaalbaar.

Praktische informatie

  • De Noorse bergwandelvereniging DNT (Den Norske Turistforening) beheert 550 hutten door heel het land. De hutten zijn onderling verbonden door 22.000 kilometer aan wandelpaden.
  • UT.no is een fijn startpunt om een huttentocht uit te stippelen. Hoewel de website alleen in het Noors beschikbaar is, kun je op de interactieve plattegrond prima grasduinen tussen alle hutten in Noorwegen én duizenden aangrenzende wandelpaden.
  • Er zijn drie soorten hutten:
    • Bediend Met personeel en vaak veel bedden. Vooraf boeken kan nodig zijn.
    • Zelfbediening Geen personeel (hoogstens één huttenwacht), wel een provisiekamer waar je tegen betaling o.a. maaltijden in blik kunt kopen.
    • Onbeheerd Meest basic, maar uitgerust met keuken, (stapel)bedden en dekens.  
  • De hutten zijn toegankelijk voor iedereen; ook als je geen DNT-lid bent. De onbemande hutten open je met een speciale DNT-sleutel – voor vertrek op te halen bij de lokale DNT-afdelingen – en dien je te betalen met een overschrijving achteraf.
  • Omdat het Noorse landschap vaak uitdagend is, zegt de afstand van een wandelroute niet altijd zoveel. Op de meeste kaarten staan de routes daarom beschreven in uren, niet in kilometers. Een tent meenemen kan handig zijn, voor als je de hut toch niet op tijd haalt. Wildkamperen is toegestaan als je voldoende afstand houdt tot eventuele bebouwing (minimaal 150 meter) en als het terrein niet bewerkt of omheind is.